Op 18 december heeft de Eerste Kamer ingestemd met het afschaffen van de teruggave regeling BPM voor taxi’s. Reden van deze maatregel is het stimuleren van de taxibranche om over te stappen naar zuinigere voertuigen. Volledig elektrische voertuigen zijn vrijgesteld van BPM. Taxivervoerders, die vanaf 1 januari 2020 een nieuw taxivoertuig aanschaffen worden geconfronteerd met flink hogere aanschafkosten. Dat geldt voor taxibedrijven die BPM moeten afdragen, maar ook voor taxibedrijven die besluiten over te stappen op elektrische voertuigen. Deze voertuigen zijn momenteel nog duurder dan de dieselvoertuigen. Naast de kosten speelt de beschikbaarheid van elektrische voertuigen een rol. Er zijn signalen uit de taxibranche dat dit aanbod er niet is voor (rolstoel) bussen.
Sociaal Fonds Mobiliteit (SFM) heeft CE Delft gevraagd om onderzoek te doen naar de effecten van het afschaffen van de teruggave regeling BPM voor taxi’s. Hoofdvraag die in het onderzoek beantwoord wordt: gaat de afschaffing van de BPM maatregel leiden tot meer elektrische bussen in het doelgroepenvervoer?
De uitkomst van de marktverkenning geeft aan dat de BPM-maatregel voor taxivoertuigen per saldo kostenverhogend uitpakt in het zorg- en doelgroepenvervoer. Als gevolg daarvan komt het vervoersaanbod voor gehandicapten, leerlingen en ouderen onder druk te staan.
Door inzet van elektrische (rolstoel) bussen gaat de bezettingsgraad naar beneden, waardoor meer bussen en chauffeurs nodig zijn om hetzelfde werk te doen. Samen met de hogere aanschafkosten en kosten die samenhangen met de laadinfrastructuur betekent dit dat de kosten voor het zorgvervoer zullen stijgen door de afschaffing van de teruggave regeling BPM.
Inzet van elektrische (rolstoel) bussen wordt bemoeilijkt door de zeer beperkte beschikbaarheid van deze voertuigen. Er zijn slechts twee elektrische modellen beschikbaar, die niet alle benodigde ritten in het zorgvervoer kunnen uitvoeren vanwege een actieradius van 100 km.
De volledige overgang naar elektrisch vervoer binnen het doelgroepenvervoer is op dit moment niet mogelijk, al zou de sector graag willen. De kosten met name voor de extra benodigde inzet en het gebrek aan beschikbaarheid van passende voertuigen zorgen ervoor dat deze maatregel voor de zorgvervoer sector grote gevolgen heeft zodat uitvoering van de afschaffing van de teruggave regeling BPM op dit moment niet reëel is.
Bijlagen
- Rapportage CE Delft genaamd: CE_Delft_190158_Afschaffen_BPM-teruggaaf_voor_taxi- en zorgvervoer_Def (pdf-document)
- Notitie van CE Delft genaamd: CE_Delft_190158_Notitie_Afschaffen BPM-teruggaaf_voor_taxi-en zorgvervoer_Def (pdf-document)
Voor meer informatie
- FNV Taxi: Minke Jansma (bestuurder), tel. 06-101 88 447, e-mail: minke.jansma@fnv.nl
- KNV Zorgvervoer en Taxi: Ton Hokken (beleidsadviseur), tel. 06-514 40 823 /070-349 09 22, e-mail: t.hokken@knv.nl